Hebbes en vals

Vals
Kai heeft een vreselijke juf. Ze is niet zomaar een beetje onaardig, of af en toe een tikje gemeen. Nee, juf Suikertoetje is heel erg vals! En ze wil maar één ding: de kinderen uit haar klas de stuipen op het lijf jagen. Ze is dan ook zeer in haar nopjes als er in het stadje een monster wordt gesignaleerd. Iedereen is plotseling heerlijk bang: kinderen en grote mensen kunnen aan niets anders meer denken. Kai is de enige die doorheeft dat slechts één persoon werkelijk bang zou moeten zijn. Helaas kan hij dit monstergeheim met niemand delen.

Hebbes
Het huis van Poeke en Piek Zandstra ziet er heel gewoon uit, en ook de huiskamer verraadt niets. Op hun spitse neuzen, dunne armen en benen en de rode en blauwe fladderjurken na, lijken het heel normale dames. Nol ziet eruit als elke andere jongen van zijn leeftijd. Maar eigenlijk is hij heel bijzonder;hij kan namelijk erg goed verhalen verzinnen. Op een dag wordt er in de stad een verhalenwedstrijd georganiseerd. Poeke en Piek willen dolgraag de grote beker winnen die de burgemeester heeft uitgeloofd. Daarom stelen ze Nols verhaal, leveren het in en winnen de eerste prijs. Niemand wil Nol geloven. Hoe kan een kind nou een verhaal verzinnen dat zo goed is? Nol laat het er niet bij zitten, en ontdekt al snel dat hij niet het enige slachtoffer van de prijsgrijperige fladderjurken is. Maar kan hij ze nog stoppen?